Drie groepen van doofblindheid

Er worden drie subgroepen van doofblindheid onderscheiden:

  • mensen met een aangeboren beperking in horen én zien;
  • mensen met een verworven beperking in horen én zien; en
  • mensen met een leeftijdsgerelateerde beperking in horen én zien.

Dit onderscheid is gemaakt omdat elk van deze (sub)groepen verschillen problemen kunnen ervaren en verschillende ondersteuningsbehoeften kunnen hebben.

Aangeboren beperking in horen én zien

Een aangeboren beperking in horen én zien (doofblindheid) is een gecombineerde auditieve én visuele beperking. De auditieve en visuele beperking zijn ontstaan vóór de taalverwerving. Aandachtsgebieden voor zorg en ondersteuning bij deze subgroep zijn taal en communicatie, oriëntatie en mobiliteit en inzet van de (rest)zintuigen.

Bron: Nederlandse Functionele Definitie van Doofblindheid

Verworven beperking in horen én zien

Een verworven beperking in horen én zien (doofblindheid) is een gecombineerde auditieve én visuele beperking. De auditieve en/of visuele beperking zijn ontstaan ná de taalverwerving. Aandachtsgebieden voor zorg en ondersteuning bij deze subgroep zijn identiteitsontwikkeling, verliesverwerking, eigen regie en toekomstbeeld.

Bron: Nederlandse Functionele Definitie van Doofblindheid

Leeftijdsgerelateerde beperking in horen én zien

Een leeftijdsgerelateerde beperking in horen én zien (doofblindheid) is een gecombineerde auditieve én visuele beperking. De auditieve en visuele beperking zijn leeftijdsgerelateerd. Aandachtsgebieden voor zorg en ondersteuning bij deze subgroep zijn behoud van eigen regie, voorkomen van sociaal isolement, het optimaliseren van restgehoor en restvisus en verliesverwerking.

Bron: Nederlandse Functionele Definitie van Doofblindheid

Deze beschrijvingen zijn officieel vastgelegd. Klik HIER als u daar meer over wilt lezen.